De ochtend begon met regen, maar dat was verwacht op de site http://www.wetter.at. Het zou in de middag beter worden, bovendien hadden we met elkaar afgesproken (Jet en ik) dat we zowiezo zouden gaan wandelen bij en om de Lünersee nabij Brand
De wandeling was de eerste kennismaking met serieus bergenlopen twaalf jaar geleden. We begonnen toendertijd met het bestijgen van de berg naar het bergmeer met het idee om daarvandaan met de kabelbaan weer terug te gaan. Boven aangekomen (het was een klim van zo’n anderhalfuur

wat wil je met een kind van drie in je rugzak.) zag ik een bekend gezicht. Het bleek een delegatie van de duikvereniging waarvan ik toendertijd lid was. De heren waren bezig zich in zwembroek te hijsen, want waar water is moet gezwommen worden. Of ze helemaal stil gestaan hadden bij de temperatuur van het meer weet ik niet, maar wel weet ik dat het meer gevuld is met smeltwater. De reactie was naar verwachting. Een duik erin en meteen eruit. Kort, maar de heren hadden er tenslotte gezwommen. Ik kreeg te horen dat ze net terug waren van een bergwandeling van hut naar hut en dat ze erg te spreken waren over het eten in de TötAlphütte. Dus zijn we toen met twee kleine kinderen wandelend en één in de rugzak naar de hut gelopen. Was ook nog een hele klim, maar de heren van de duikclub hadden niet overdreven.
Met de gedachten aan die wandeling, besloten we om het zelfde te gaan doen. In eerste instantie een stevige klim met de auto naar het parkeerterrein van de kabelbaan en van daaruit volgens het bordje een tocht van één uur en een kwartier. We stegen van 1500 naar 1900 meter in vijfenvijftig minuten. De tijden op de bordjes worden tenslotte voorzichtig genomen.
Boven aangekomen hebben we even van het uitzicht genoten over het behoorlijk grote meer en Andy was daarbij enigsinds verdrietig dat hij zijn hengel niet had meegenomen. Hij was namelijk niet vreemd bezig geweest daar er boven zo’n acht vissers bezig waren met het ontfutselen van het meer van de zwemmende fauna. Jammer maar helaas. Gedane zaken nemen tenslotte geen keer.

In eerste instantie leidde de weg horizontaal langs het meer en na zo’n twee kilometer kwamen we langs een bord met daarop de prijzen van de consupties in de hut en aan de andere kant van de weg een paal met daarop de wegwijzers naar de verschillende locaties waaronder de TötAlphütte. Volgens dit bordje zou ook deze wandeling weer zo’n één uur en een kwartier in beslag nemen dus er werd gespeculeerd dat die weer zo’n vijftig minuten zouden zijn. Het laatste klopte want ook nu waren we ruim binnen het uur boven. (2385m).
In de hut werden we in een gebrekkig maar verstaanbaar nederlands toegesproken door een duidelijke import Oostenrijker uit vermoedelijk een land als Tibet. Het heerschap kwam mij over als een Sherpa. Niet zo gek als je bedenkt dat je op een locatie bent ergens hoog in de bergen die alleen bereikbaar is te voet of per helikopter. Aldaar werd er wederom gekozen voor de Heiße choco mit Sahne (voor mij koffie) en Apfelstrudel. Op dit laatste moesten we even wachten, maar het gene wat we kregen was erg lekker maar vooral erg veel.
Gelaaft zijn we weer aan de afdaling begonnen en zowaar kon ik ook een zonnebril opzetten, daar het zonnetje begon door te breken. Na een halfuur lopen waren we weer bij het meer en nu restte ons alleen nog het ronden hiervan en dan met de kabelbaan naar beneden.
De wandeling duurde langer dan voorzien en bovendien werden we nog getrakteerd met een lekker buitje. Voor het eerst deze vakantie hees een ieder zich in zijn regenjas, want er kwam ook nog een koud briesje bij. Na een behoorlijke wandeling voor het grootste gedeelte in de wolken (jammer, want volgens mijn herinnering waren hier schittende uitzichten) kwamen we uiteindelijk bij de kabelbaan aan. Niets te vroeg overigens, want het was de een na laatste vaart die wij namen.
Anders hadden wij het pad naar de auto ook nog in omgekeerde richting kunnen gewandelen. Wat wandelend waarschijnlijk zo’n drie kwartier had geduurd, duurde nu maar zo’n drie minuten. In no-time waren we weer bij de auto. Vandaar uit was het een half uur tot de Interspar alwaar voor de zoveelste keer schoenen werden gekocht door een meisje. Tevens werden er voor de laatste keer inkopen gedaan voor het laatste avondmaal in de bergen. Morgen wordt er opgebroken en gaan we naar Halsdorf voor een bezoek aan Ketu, Sandra en Nadiri. (Vanuit Leiden naar Duitsland verhuisde vrienden) Tijdens het eten hadden wij wederom vrij uitzicht op de bergen en deze bleek van achteraf aangelicht door de zon. Dit gaf een zeer mooi effect die ik heb geprobeerd vast te leggen op de foto. Of dit helemaal uit de verf komt weet ik niet, maar daar laat ik u graag over beslissen.

Bij terugkomst viel mijn ook op zeer donkere wolken die vanuit het zuiden naderden. Ik heb meteen het internet geraadpleegd om te kijken op de buienradar van Europa en wat ik daar op zag verontrustte me een beetje. Snel werd de tarpa binnen gehaald de luifel van de tent van Andy en Sabine in stormstand gezet en voor de zekerheid alle scheerlijnen van de tent gecontroleerd. Alles leek in orde en ik zat nog niet koud met een boek op schoot in de tent toen het noodweer losbarstte. We kregen onweer over ons dak met windstoten en zeer zware regenval. Ik heb het nog nooit eerder zo te keer horen gaan op een tent. De tenten hielden zich goed en lieten geen druppel water door. Halverwege het onweer kreeg ik toch de neiging om foto’s te maken van het lichten, maar de zware regenval weerhield mij ervan om vanuit de tent naar de auto te lopen om van daaruit foto’s te nemen. Wellicht een andere keer.
Ik ben tijdens een korte wandeling met Sabine nog gewezen op een paar mooie ideeën voor macro opnamen:








Vandaar uit werd de kabelbaan gebruikt voor de afdaling van het laatste deel. Dit hoofdzakelijk om Andy te laten kennismaken met een echte kabelbaan. Wederom werd de discussie aangegaan met de seilbahnbeambte. Wij hadden namelijk geen kaartjes. Het was blijkbaar de bedoeling dat de kabelbaan in beide richting wordt gebruikt. Hij gaf aan dat we beneden maar een kaartje moesten kopen. Dus ben ik naar beneden gelopen om voor een ieder een kaartje te kopen…………… Nee natuurlijk niet, hij bedoelde dat we met terugwerkende kracht een kaartje moesten kopen.
Beneden hebben wij keurig een kaartje gekocht en zijn vandaaruit per auto naar de supermarkt gegaan voor de boodschappen voor ’s avonds en voor zondag. Bij aankomst op de camping hebben we eerst nog afgewacht tot het zwembad wat minder bevolkt was en zij we lekker gaan afkoelen in het water. De avond was in schril contrast met twee dagen geleden. Als je op de 




















