Woensdag, 8 mei 2024

Met de allereerste haventaxi mogelijkheid zijn we naar het dorp gegaan voor het ontbijt. In het “centrum” was een klein restaurantje dat zich had gespecialiseerd in het serveren van ontbijt en lunch. De maaltijd werd gestart met een grote kop koffie van het type cappuccino. Niet helemaal mijn ding, maar je mot toch wat. Vervolgens hadden wij de keuze uit vele (Engelse) ontbijt mogelijkheden en daarin heb ik gekozen voor de Victorian variant. Gebakken eitjes, bacon, Frankfurters uienringen en Baked Beans. De meeste van ons gezelschap waren voor de “classical” gegaan en die was onder andere voorzien van veel friet. De hoeveelheid van mij was genoeg om het grootste gedeelte van de dag mee door te komen. De hoeveelheid van de andere was van het type “allejezusveel” en men kreeg het dan ook niet op. Toen een ieder klaar was met eten, werd mijn bord weggehaald en daarna kwam de eigenaar van de zaak verhaal halen over het feit dat men het niet had opgegeten. Hij dacht klaarblijkelijk dat het niet lekker was. De man kreeg te horen dat het erg lekker was maar gewoonweg te veel. Helemaal gerust was hij er niet op, maar we mochten vertrekken.

Toen we aan boord kwamen was het waterpeil inmiddels dusdanig gestegen, dat we zonder vastlopen konden uitvaren. De reis zou leiden naar Chatham. Wederom was de wind zodanig weinig dat zeilen niet echt handig was. Toch hebben we een stuk van de reis zeilend afgelegd, maar om te voorkomen dat we al te laat in Chatham zouden aankomen werd na enige tijd toch maar weer de motor gestart. Op de rivier Medway hadden stroom tegen. Aan boord was men  op de hoogte dat de sluis die ons toegang zou verschaffen tot de jachthaven welke was gelegen in een oud marine dok een drempel had die bij laag water niet diep genoeg zou zijn om ons zeilschip door te laten. In de nabijheid van de haven werd contact gemaakt met de havenmeester. Deze verzekerde dat er 2m60 water boven de drempel stond. Daar wij 2m10 steken zou dat moeten kunnen. Dit bleek het geval en zonder kleerscheuren kwamen we in het dok aan. Later bleek, dat als we iets langer hadden door gezeild wij te laat zouden zijn geweest en niet meer de haven waren in gekomen.

Het was uiteindelijk een warme lenteavond en we hebben dan ook tot laat aan dek gezeten.

Omdat er toch nog wat gegeten moest worden, zijn een aantal van ons het toeristische deel van Chatham in gelopen en na een rondje om de concentratie eet en drink gelagen hebben we uiteindelijk gekozen voor een vrijwel geheel verlaten vreetschuur van het type vlees en vis restaurant met als entourage disco verlichting. Vrijwel direct werden we “belaagd” door een vriendelijk heerschap die ons door de keuzes van bier, wijn en maaltijden heen loodsten zodat er snel een keuze kon worden gemaakt. Vanaf dat moment was de heer steeds niet langer dan tien minuten weg en iedere keer kwam de vraag of we nog wat wilde. Na ons gelaafd te hebben aan de vele verschillende voedingsmiddelen mochten we de tent verlaten. Onze penningmeester Bob wilde de goede man een fooi geven, maar dat vond de hij geen goed idee. “Gaat toch maar naar de baas”, zei hij. Fooi in de vorm van cash werd wel gewaardeerd, maar dat hadden we niet bij ons. Dit bleek in zijn ogen geen probleem en met een brede glimlach van hem en zijn vrouwelijke collega werden we uitgeleiden gedaan.  Bij terugkomst aan boord is een ieder meteen te kooi gegaan.