Ik word wakker, ben klaar wakker en kijk op mijn horloge. Het is half zeven. Ietsje later zie ik Hans van boord gaan. Heb nog even om me heen gekeken en teletekst gelezen en vervolgens ook maar naar het sanitair gelopen. Toen ik terug kwam heb ik al mijn spullen bij elkaar gezocht en in de tassen gepropt. Intussen waren er al aardig wat mannen bezig met opruimen en verzamelen van spullen en was er dus niet echt veel ruimte binnen en vond dat ik daarbij alleen maar in de weg zou lopen, daarom ben ik maar buiten gaan zitten met mijn tablet om dit relaas te updaten. Iets voor negen was iedereen klaar en stond alle bagage in de auto’s. Anton, de beheerder van de Katabatic zou om elf uur komen voor de overdracht, dus tijd genoeg om naar een dichtbij gelegen eetgelegenheid te gaan voor het ontbijt. We hebben allen een Engels ontbijtje genomen en hadden daarbij uitzicht op een zeilwedstrijd op schaal in de nabij gelegen modelvaartvijver. Er werd een heus parcours gezeild door zo’n twintig modelbouw zeiljachten van dezelfde klasse compleet met start- en finishseinen. Dit spektakel hebben we nog even aanschouwd en daarna liep het al tegen elven, dus zijn we voor een laatste keer teruggelopen naar G38 alwaar de Katabatic te vinden is.
Na een kort gesprek naar tevredenheid van Anton konden wij aan de huisreis beginnen.
Het eerste stuk liep net als de heenreis langzaam. Er moest door Bob worden getankt. Mijn auto was direct na de heenreis al volgeladen. En na nog wat binnenwegen kwamen we op de A wegen. Dit ging over het algemeen snel totdat we vastliepen in een file, ontstaan door wegwerkzaamheden die volgens mijn GPS wel eens een kwartier kon duren. Bob reed voor en zijn navigatie stuurde hem de weg af en zo kwamen we in een heel klein dorpje en nog smallere weggetjes alwaar we langzaam overheen werden geloodst. Na wat bochtenwerk zonder gelukkig een tegenligger kwamen we weer op de nu vrijwel verlaten A weg. Ik ben niet van het omrijden bij file, maar nu had het zeker geholpen. Op de kruising van die A weg en de A25 waren ook wegwerkzaamheden. Hierdoor raakte René op de verkeerde strook en kon Bob nog met hem meerijden, de verkeerde richting uit. Dit alles heb ik niet gezien omdat we aardig wat achtstand hadden gekregen door niet al te soepel lopende verkeerslichten. Ik had wel in een keer de goede richting en had met deze actie zo’n 25 minuten voorsprong gekregen op de anderen. In overleg met Hans leek het ons het beste om niet bij de trein te gaan laden maar bij een benzinestation. Zogezegd zo gedaan, alleen had de eerste “Service” plaats geen laadpalen waar ik met mijn laadtag kan laden. Gelukkig de volgende wel en zo kwam het dat toen de andere aldaar arriveerde mijn auto al aardig was volgeladen, zodat we na een korte versnapering aan het laatste deel van de reis konden beginnen.
Bij Le Shuttle ging het niet al te soepen. We werden er uit gehaald voor een drugs controle, stonden bij de incheck achter iemand die problemen had met inchecken en vervolgens pakte ik bij misverstand het invalide toegangslaantje. Daarna ging alles goed en konden wij de trein oprijden.
Half zes waren we in Calais en begonnen we aan het laatste deel van de reis. Na het passeren van Antwerpen was het inmiddels zo laat dat er helemaal geen sprake was van oponthoud en zodoende waren we iets voor half negen in Dordrecht alwaar Reinier weer zou worden afgehaald. Bob moest inmiddels weer benzine innemen en daarom reden Hans en ik op eigen gelegenheid naar Leiden alwaar we half tien aankwamen.