Zondag, 6 oktober 2019

In de reeks vakantie 2019 ben ik vandaag aangeland in een acht daagse cruise met mijn moeder langs de Donau tussen Passau Duitsland en Budapest Hongarije.

Zoals dus gezegd zou de MS Verdi afvaren vanuit Passau en daar moesten we dus eerst heen. Er reed een bus vanuit Rotterdam naar Passau met de nodige tussenstops. Deze bus zou om half vijf afrijden vanuit Rotterdam Zuidplein. Daar wij dus zelf het eerste stuk moesten overbruggen, ben ik om half drie opgestaan en ben, nadat ik al mijn bagage in de auto had gezet, richting Oegstgeest afgereden. Mijn moeder stond keurig op de afgesproken tijd, kwart over drie, voor de deur te wachten en nadat ik de rolstoel, rollator en haar bagage in de auto had bezet en mijn moeder achterin had plaats genomen, zijn we afgereden naar Zoeterwoude Rijndijk, want Larissa had toegezegd de auto weer terug te rijden vanuit Rotterdam. Ook zij stond keurig op de afgesproken tijd, half vier, te wachten en gezamenlijk zijn we naar Rotterdam afgereisd. Onderweg kwam ik er achter dat ik vergeten was om op “Van A naar Beter” te kijken want de A13 bleek afgesloten. Maar er zijn vele wegen die naar Rome leiden, dus zijn we via de A4 gereden en via de Beneluxtunnel naar de overzijde van de Maas gereden. Bij nader inzien was dit best een goeie route, want we reden zakelijk naar het opstappunt, al was bushokje “X” niet in eerste instantie te vinden. Extra rondje om de kerk dus.

Om tien voor half vijf waren we bij het opstappunt en de chauffeur die ons het eerste stuk zou rijden was inmiddels ook aangekomen. Zakelijk werd de bagage overgeladen, waarbij onze chauffeur automatisch het meeste werk verrichten en om vijf voor half vijf reden we af naar de eerste stop: “Weert”.

Na een snelle rit, want de chauffeur was niet per touringcar, maar per Ford Transit gekomen, omdat we het eerste stuk toch maar met z’n drieën waren, kwamen we aan in Weert alwaar we overstapte in een touringcar. Vanuit Weert zijn we afgereden naar Valkenburg (Limburg) om de eerste groep passagiers op te pikken. Vandaar uit reed de goede man weer terug naar Maastricht voor de volgende groep, om vervolgens weer de zelfde weg terug te gaan maar nu door te rijden naar Heerlen. Limburgse Logica zal ik maar zeggen, want daar waar we de autoweg afgingen voor een klein stukje Maastricht richting Valkenburg stonden de tweede groep mensen op een steenworp afstand op ons te wachten.

Vanuit Heerlen reden we naar Bocheltz alwaar onze chauffeur plaats maakte voor de man die ons naar Passau zou brengen. Rond half tien reden Duitsland in en na drie stops onderweg zijn we uiteindelijk om half acht aangekomen in Passau.

Hier begon het enigszins primitieve. Daar alle drie de bussen gelijktijdig bij de MS Verdi aankwamen, ontstond er een forse rij om het schip in te komen. Iedereen moest inchecken bij één persoon. Mijn moeder en ik waren de laatste, want mijn moeder kon de eerste hindernis. Een stalen trap naar een lager deck niet nemen en moest wachten totdat iedereen weg was, zodat de traplift ingezet kon worden. Gevolg de laatste met een pasje voor de hut, maar ook de laatste bij het bespreken van een tafel voor het diner. Laten we zo zeggen: Veel keus was er niet meer.

Na een kort toilet mochten wij ons voor het diner melden in het restaurant. De tafel die ik toebedeeld had gekregen bleek al bezet met jassen en tassen. Ik heb mijn moeder op de enige vrije stoel gezet en ben zelf gaan staan afwachten totdat de eigenaren van de kleding en tassen zich zouden melden. Na tien minuten kwamen deze en bleken deze tafel ook toebedeeld te hebben gekregen. Ik ben mij toen gaan melden bij het vriendelijk meiske van de tafelzetting en die heeft vervolgens een onderzoek ingesteld. Na veel heen en weer gepraat bleken de mensen die in eerste instantie de tafel hadden bezet niet bij tafel 17 maar bij tafel 77 te moeten zijn. Ach een eentje lijkt ook soms veel op een zeventje, zal ik maar zeggen.

Het diner werd genoten aan een tafel die wij deelde met twee vriendelijk mensen van Limburgse komaf. Het eten was goed en het gezelschap ook. Zal ik maar zeggen. De tafeldame en heer wilden eigenlijk de tafel delen met mensen uit het gezelschap waarmee ze eerder reizen hadden gemaakt. Maar na ons diner na de inzet van veel onzin met een verlengsnoer, besloten deze mensen om de rest van de reis toch maar met ons door te brengen.

Na het diner heb ik nog wat tijd aan dek doorgebracht om de stuurmanskunst te bewonderen. Het schip moet een aardige afstand overbruggen in het complete donker over een zeer slingerende Donau.

Daarna ben ik terug gegaan naar de hut met een bakkie koffie om dit relaas in elkaar te gaan draaien.

Rond elf uur voelde ik een dreun door het schip heen gaan en was benieuwd naar de oorzaak. Na een korte inspectie van de buitenwereld bleken we in een sluis te liggen. Snel de kleren weer aangetrokken en heb me op het dek begeven. Ik was daar niet alleen. Er waren nog twee heren die ook poolshoogte kwamen nemen. De heren waren bewapend met een A4tje waarop alle sluizen waren geschreven. Ik begreep dat deze sluis een van de zeventien sluizen zou zijn die we zouden passeren naar onze eerste stop: Krems.

Na de sluis ben ik weer teruggekeerd naar de hut en heb nog wat gelezen. Des nachts ben ik meerdere keren wakker geworden van het veranderende geluid van de motor en de plotselinge bewegingen van het schip bij het doorvaren van een sluis. Vermoedelijk zal ik daar de volgende nacht niet zoveel last van hebben.